Joop 7 mei Zambia, armoede en vrolijkheid

7 mei 2016 - Lusaka, Zambia

Zambia is alweer ons vijfde land in Zuidelijk Afrika. Reizen en leven in Afrika gaat wennen. En ook weer niet. Zambia is weer een heel ander land dan Botswana. We zitten nu echt diep in Afrika. We komen bijna geen blanke mensen meer tegen. Er wonen hier ook veel meer mensen: Zambia heeft 15 miljoen inwoners, Botswana had er 2,3 miljoen en Namibië 2.2 miljoen! Malawi, veel kleiner - waar we nu zijn - bijna 18 miljoen. Dat zijn nogal verschillen in bevolkingsdichtheid, die je direct merkt op straat: overal zijn mensen.

Eerste indrukken: Zambia is groen (vergeleken met de super droge gebieden in Botswana en Namibië), aardige mensen, het voelt veilig en de bewoners zijn gemiddeld erg arm. Net als veel andere landen is er een enorme werkeloosheid: ca. 50% minstens. Elk dorpje waar we komen lopen enorm veel jongeren (vooral jonge mannen) op straat, alle tijd van de wereld, beetje hangen, kijken naar voorbijrijdende auto’s, “ Hello, how are you?”. Nieuwsgierig, maar niet zo opdringerig als in Noord-Afrikaanse landen zoals Marokko of Egypte. Veel mensen zijn wel in voor een praatje, maar erg diepgaand wordt het nooit omdat er ofwel een handicap is door gebrek aan engelse taalbeheersing, ofwel door een erg lage opleiding en/of een totaal gebrek aan inzicht in een ander leven in een ander land.

Voordat ik wat verhalen ga vertellen over avonturen in Zambia enkele facts and figures die gelden voor heel Afrika en in nog sterkere mate voor Zambia. Die geven vooral een indruk van de enorme verschillen tussen Europa en Afrika.

In Afrika wonen meer dan 900 miljoen mensen, dat is zo’n 15% van de wereldbevolking. De bevolkingsgroei is 3.5% per jaar. In Zambia ligt dat percentage boven de 5% per jaar (dat is een verdubbeling in 20 jaar). Het aandeel van de bevolking jonger dan 25 jaar is 71%! Dat is een totaal ander plaatje dan Europa (volgens mij is de EU-bevolking al jaren ongeveer stabiel, vergrijzend en in een aantal landen krimpt de bevolking zelfs). Dat verschil zien we dagelijks om ons heen: een onherkenbaar grote hoeveelheid kinderen en jongelui. Moeders met een kind op de rug, en 3 of 4 kinderen die er rond om heen lopen. En dan nog een stuk of 5 die groter zijn en al zelfstandig. Kinderen die op het land werken, op ossenkarren mais transporteren of een kudde koeien ronddrijven door de open velden en savannes. De marktpleinen en hangplekken voor de “general store” waar ze in groepen samen zitten en (schijnbaar) niets te doen hebben. Overal lagere scholen met groepen kinderen in uniformpjes. Per dag komen mensen naar ons toe met de vraag of we een baan voor ze hebben, of we geld hebben en of we ze niet mee mogen naar Holland als oppas voor onze kinderen of om het huis schoon te maken….. In Malawi waar we nu al weer zijn leeft 65% onder de armoedegrens. Het merendeel van de bevolking leeft op het platteland en is op een of andere manier zelfvoorzienend (66% volgens de National Geografic special uit 2005). Dat betekent in de praktijk een akkertje met verdorde mais omdat er (te) weinig water is en bevloeiing niet mogelijk is. Het aantal maisplanten per m2 is bedroevend laag vergeleken met NL. Daarnaast wat tomaten, zoete aardappelen, pompoenen. En, als je wat rijker bent, een aantal koeien, die vooral vlees leveren en nodig zijn om het land te bewerken. Werkelijk niets is gemechaniseerd. Handarbeid is de basis. Gisteren stopten we even in een klein dorpje 150 km van Lusaka, de hoofdstad van Zambia. Een jongeman van ongeveer 30 kwam bij ons zitten, vader van 2 kinderen. Zijn ouders waren jong overleden toen hij nog op de lagere school zat (waarschijnlijk door AIDS). Konden wij niet zijn studie betalen omdat hij verder wilde in communicatietechnologie? Zijn ogen waren gericht op onze mobieltjes: hij had er geen. We hebben hem schoenen gegeven en een broek en wat fruit. What can you do?

Het dramatische effect van HIV/Aids. Aids heeft de grootste effecten gehad en nog steeds in Zuid-Afrika, Botswana, Zambia en Malawi. In Malawi is bijna 15% van de bevolking besmet met HIV/Aids. Er sterven in dit land 80.000 mensen per jaar aan Aids. En er nog bijna geen sprake van een afname of een aanpak om de ziekte beheersbaar te maken. Grote verschil met 10 jaar geleden is dat er nu medicijnen zijn. De zogenaamde cocktail van 3 pillen. Uit een kritisch krantenbericht en gesprekken maak ik op dat er op ruime schaal in de meeste (Zuid-)Afrikaanse landen medicijnen beschikbaar zijn en toegepast worden. Wel op een ander niveau: per patiënt in Afrika voor $650 en in Nederland $10-15.000. Dat er nu medicijnen zijn is wel cruciaal geweest om HIV/Aids bespreekbaar te maken. Toen we vanmorgen aan de grens met Malawi moesten wachten op de visa, zag ik een volle doos condooms op de verder lege balie staan. Daar staat tegenover dat het seksuele gedrag nog nauwelijks is veranderd en een aantal fabels nog steeds opgeld doet: als een man is besneden kan hij geen aids meer krijgen; als een man aids heeft kan hij genezen worden als hij met een maagd naar bed gaat. Krankjorum. Je krijgt hier soms een diep wanhopig gevoel als je de gebrekkige communicatiemiddelen ziet en het lage opleidingsniveau (40% van de bevolking is nog steeds analfabeet), en de invloed van de vele kerkgemeenschappen (Jehova getuigen, Zevendedags adventisten, Babtisten, Rooms-katholieken, moslims, etc. ).   

Ik zou deze blog graag positief willen eindigen, maar dat valt niet mee.

De landbouwproductiviteit stijgt wel degelijk door betere zaden en rassen, maar die kosten weer geld en dat is er niet. De droogtes van de afgelopen 5 jaar schreeuwen om verbetering van irrigatie (goed mogelijk op zonne-energie), maar het ontbreekt aan beleid, initiatief, geld, ondernemingsgeest. De bevolking groeit sneller dan de productiegroei. Een bevlogen spreker van de BBC stelde dat Afrikaanse landen meer voedsel moeten gaan produceren voor de wereldmarkt - lees Europa - om op de een of andere manier inkomsten te genereren, anders dan de mijnbouw. Voorbeelden zijn sperziebonen en rozen uit Kenia. Ik kan me nauwelijks voorstellen dat de pompoenen en tomaten die ik op de markt in Lusaka zie liggen in de AH in Utrecht terecht komen…… 

De voorraden aan koper, goud, diamanten, platina, andere zeldzame metalen, kolen, uranium zijn groot, maar de wereldmarktprijzen dalen al jaren nu de groei in China terugvalt. Bovendien kun je uranium en kolenwinning niet zien als passend in een duurzame ontwikkeling! Dat leidt tot minder overheidsinkomsten en dus minder geld voor scholing, infrastructuur en gezondheidszorg.

Gemakkelijke en zelfs moeilijke oplossingen hiervoor zijn er op korte termijn niet.

De keerzijde van deze schijnbaar hopeloze visie is gelukkig dat we heel veel blijde, lachende en relaxte autochtonen ontmoeten en nauwelijks klagende mensen. Als er mensen klagen dan zijn het de blanke, die vinden dat het welvaartsniveau is afgenomen na het onafhankelijk worden van alle Zuid-Afrikaanse landen.

Je hoeft niet rijk te zijn om gelukkig te zijn en alles is relatief.

Dat is een dooddoener die nu even heel waar aanvoelt.           

2 Reacties

  1. Ingeborg:
    8 mei 2016
    Dank voor het verslag weer. Gek is dat je hier heel veel hoort over de droogte nu en dat bv de noodtoestand in Malawi is uitgeroepen. Merken jullie daar iets van? En wat? Heel veel liefs en geluk met alle avonturen...http://www.rodekruis.nl/actueel/nieuws/hongersnood-dreigt-voor-42-miljoen-afrikanen-door-extreme-droogte
  2. Hellen:
    9 mei 2016
    Ja zeker merken we de droogte hier. Er valt zoveel over te zeggen. We zullen je nog een uitgebreider reageren.